In oktober nam de WW in Groningen toe. De stijging van de WW in oktober komt doordat in deze periode seizoenswerkers hun baan verliezen en in de WW belanden. Dit geldt ook voor seizoenskrachten in de agrarisch-groene sector.
Eind oktober ontvingen 6.026 inwoners van de provincie Groningen een WW-uitkering, meldt uitkeringsinstantie UWV. Dat is 1,8 procent van de Groningse beroepsbevolking. Het aantal uitkeringen steeg met 3,8 procent in oktober, een toename van 222 uitkeringen. De grootste stijging kwam uit sectoren zoals schoonmaak, uitzendbureaus, zorg & welzijn en onderwijs. Ook vanuit de agrarisch-groene sector kwamen meer mensen in de WW terecht.
In de stad Groningen ontvingen 2.712 inwoners een uitkering, een toename van 4,5 procent.
In de afgelopen jaren zette de toename in de periode november tot januari door. Het is gebruikelijk dat in de wintermaanden vooral mensen met seizoenswerk hun baan verliezen en in de in de WW terechtkomen.
In oktober nam het aantal nieuwe WW-uitkeringen vanuit de agrarisch-groene sector toe. De komende maanden verliezen meer seizoenskrachten en medewerkers van kwekerijen en hoveniersbedrijven tijdelijk hun baan. Als het werk weer aantrekt keren de meesten terug in hun oude beroep. Er zijn ook arbeidskrachten die de overstap maken naar een technisch of dienstverlenend beroep.
Meer WW-uitkeringen agrarisch-groen in winterseizoen
In de agrarische en groene sector wisselt de hoeveelheid werk per seizoen. In de zomermaanden is er meer werk en daalt de WW-instroom. Van oktober tot en met januari is er minder werk en stijgt het aantal nieuwe WW-uitkeringen. In de agrarische en groene sector geldt dit vooral voor productiemedewerkers, seizoenskrachten, medewerkers bloemen- en plantenkwekerij, medewerkers groentekwekerij en medewerkers hoveniersbedrijf en groenonderhoud.
Seizoensarbeiders keren vaak terug in agrarisch en groen na WW
Van de mensen in deze beroepen vond in 2023 zo’n 70% direct na hun WW-uitkering weer een baan. Dit blijkt uit een onlangs verschenen webartikel van UWV. Ongeveer 7 op de 10 seizoensarbeiders ging weer aan de slag in de agrarisch en groene sector, vaak met een tijdelijk contract. Een minderheid stapte over naar andere beroepen.
Werknemers die niet meer naar de agrarisch en groene sector terugkeerden, kozen vaak voor een technisch beroep, zoals inpakker of operator in de proces- en levensmiddelenindustrie. Anderen vonden werk als magazijnmedewerker, chauffeur of orderpicker of gingen aan de slag in een dienstverlenend beroep, zoals in de schoonmaak of horeca. Seizoensarbeiders die zich omscholen tot operator in de proces- en levensmiddelenindustrie hebben vaak goede baankansen, hoewel hiervoor specifieke opleidingen nodig zijn.
Combinatiebanen als oplossing
Sommige werknemers in de agrarische en groene sector vinden tijdens de winterperiode een combinatiebaan, zodat ze geen beroep hoeven te doen op de WW. In een combinatiebaan werken ze voor twee werkgevers of worden ze door hun werkgever gedetacheerd naar een ander bedrijf. Dit helpt werkgevers om waardevolle medewerkers te behouden. Bij detachering is het belangrijk om duidelijke afspraken te maken, aangezien cao’s per bedrijf kunnen verschillen.