Ook Groningen voert opkoopbescherming in

Foto: Via Gemeente Groningen

De gemeente Groningen voert per 1 maart een ‘opkoopbescherming’. Voor die woningen geldt dan een zelfbewoningsplicht en deze kunnen niet meer opgekocht worden door beleggers.

Hierdoor blijft de woningmarkt betaalbaar en krijgen starters meer kansen op de woningmarkt, meldt de gemeente. In januari is daarvoor de Huisvestingswet gewijzigd, zodat beleggers geen woningen kunnen kopen en vervolgens voor veel geld te verhuren.

Het vinden van een betaalbare plek is niet vanzelfsprekend en de woningmarkt in Groningen is een van de krapste van ons land. “Al enkele jaren doen we door middel van beleid alles wat we kunnen om onze grip op de woningmarkt te versterken: van het aanscherpen van het splitsingsbeleid tot het opstellen van de doelgroepenverordening en de zelfbewoningsplicht bij nieuwbouw”, aldus wethouder Roeland van der Schaaf. “Voor de bestaande bouw hadden we nog geen instrument om meer grip te krijgen, die is er nu gekomen met de opkoopbescherming.”

De opkoopbescherming moet gaan gelden voor woningen met een WOZ-waarde tot en met 305.000 euro. Op die manier wordt 60 procent van de koopwoningen in bezit van eigenaar-bewoners beschermd tegen opkoop en komen zij, bij verkoop, in handen van mensen die zelf in die woning willen gaan wonen. Het verbod om de woning te verhuren geldt voor vier jaar na aankoop en mag maximaal 12 maanden duren. Hierdoor blijft de woningmarkt betaalbaar en krijgen starters meer kansen op de woningmarkt.

Deze nieuwe regeling gaat niet gelden voor de voormalige gemeente Ten Boer.

Dit voorstel wordt in februari ter besluitvorming aan de gemeenteraad voorgelegd. De raad beslist uiteindelijk of het voorstel wordt ingevoerd.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen