Turbines met één zwarte wiek leiden niet automatisch tot minder vogelslachtoffers. Dat blijkt uit een pilot in de Eemshaven die op initiatief van de provincie Groningen en energiebedrijf RWE werd uitgevoerd. Hoewel de inzet van een zwarte wiek elders leidde tot een forse vermindering van het aantal vogelslachtoffers, werd in Groningen geen opvallend verschil waargenomen.
De studie werd uitgevoerd tussen augustus 2021 en oktober 2024. Onderzocht werd of het zwart verven van één wiek van een windturbine helpt om vogels veilig tussen de windturbines door te laten vliegen. Zo zou het aantal vogels dat tegen de wieken aanvliegt verminderen. Het idee achter de enkele zwarte wiek per windturbine is het verminderen van de bewegingsonscherpte (‘motion smear’) en daarmee het vergroten van de zichtbaarheid van de windturbine voor vogels. Dit zou het aantal vogels dat tegen de wieken aanvliegt verminderen. Eerder onderzoek in Noorwegen, op het eiland Smøla, toonde aan dat het zwart verven van één wiek van een windturbine zorgde voor 70 procent minder slachtoffers onder vogels.
In de Eemshaven werden zeven windturbines met één zwartgeverfde wiek vergeleken met zeven naastgelegen turbines zonder zwarte wiek. Door middel van drie jaar veldonderzoek werd het aantal slachtoffers in kaart gebracht. Daaronder bevinden zich zee-en kustvogels, zoals meeuwen en steltlopers die het hele jaar door aan de kust voorkomen, en zangvogels (zoals spreeuwen en lijsters die tijdens de seizoenmigratie over het gebied trekken). De zwarte wiek leverde geen opvallende vermindering op van het aantal aanvaringen.
Het is niet duidelijk waarom vogels in Noorwegen er wel vaker in slaagden om turbines met een zwarte wiek te ontwijken, maar in de Eemshaven niet. Een mogelijke verklaring is dat in het industriegebied veel verschillende kleuren en objecten te zien zijn, waardoor een turbine met één enkele zwarte wiek onvoldoende afsteekt tegen die drukke achtergrond. Dit is een groot verschil met het open, rustige landschap op Smøla, waar de zwarte wiek mogelijk veel beter opvalt. Het is dus niet uitgesloten dat een zwarte wiek op een andere locatie wel werkt. Ook resultaten uit Zuid-Afrika, waar enkele turbines rode blokken op de wieken hebben gekregen, laten een positief effect zien.
Vervolgonderzoek moet aantonen of dit inderdaad het geval is en hoe turbines zichtbaarder kunnen worden voor vogels, bijvoorbeeld door het gebruik van specifieke patronen en kleuren. In de Eemshaven is sprake van een grotere diversiteit aan vogelsoorten dan in het gebied in Noorwegen, waar de eerste studie plaatsvond. Het is nog onduidelijk welke vogelsoorten anders reageren op de zwarte wiek. Mogelijk werkt de zwarte wiek wel voor grote meeuwen, maar daar is vervolgonderzoek voor nodig.
Het onderzoek 'zwarte wiek' in de Eemshaven is een samenwerkingsverband tussen private partijen in de windindustrie (RWE, Vattenfall, StatKraft, Eneco, Pure Energie en Groningen.NL Energy), verschillende overheden (ministerie van EZK/LVVN, het Windenergie op zee ecologische programma (Wozep) van Rijkswaterstaat (i.o.v. ministerie van KGG) en de provincies Groningen, Flevoland, Overijssel, Gelderland, Noord-Brabant, Limburg, Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Holland) en de natuursector (Vogelbescherming Nederland). In 2023 is de samenwerking uitgebreid met het ZWEMT-onderzoek van TNO.