Tjalk Alida verhuisd naar Kunstcentrum De Ploeg Wehe-den Hoorn

In de binnenstad was afgelopen maandagmiddag een speciale verhuizing. Het schip de Alida, de 15 ton wegende tjalk uit 1903 werd met een kraan getakeld van de binnenplaast van Museum aan de A.

Het schip de Alida van de beroemde Ploegkunstenaar George Martens (1894 – 1979) is verhuisd naar een nieuwe plek bij het Kunstcentrum De Ploeg in Wehe-den Hoorn. Op maandag 27 mei was de verhuizing van de 15 ton wegende tjalk uit 1903. Wagenborg Nedlift takelde het voormalig varend atelier van de binnenplaats van Museum aan de A in de Brugstraat om het vervolgens te vervoeren naar Wehe-den-Hoorn.

Rob Martens, de zoon van de Groninger Ploegschilder George Martens, was 75 jaar lang betrokken bij het Noordelijk Scheepvaartmuseum en zorgde dat het tjalkje 37 jaar geleden op de binnenplaats van het museum terecht kwam. Het schip uit 1903 was daarvoor zo'n vijftig jaar lang eigendom van zijn vader. Hij maakte er verschillende tochten mee met andere Ploeg kunstenaars als Johan Dijkstra, Jan Wiegers en Jan Altink. Hij noemde het schip Alida, naar zijn overleden vrouw Alida Pott, eveneens lid van de Groninger kunstbeweging en de ontwerpster van het Ploeg-logo dat nog steeds gebruikt wordt. Het schip werd in 1903 in Friesland gebouwd voor het vervoer van kaas.

Museum aan de A, opvolger van het Noordelijk Scheepvaartmuseum, wacht op een flinke verbouwing en nieuwe vaste presentatie. In het nieuwe museum van, door en over Groningers is straks geen plek meer voor de Alida. Nicolette Bartelink, directeur van Museum aan de A licht toe: 'De Alida komt prachtig tot haar recht in Wehe-den-Hoorn.' Henk Eggens van de stichting Kunstcentrum De Ploeg is er heel blij mee: 'Het schip past helemaal bij ons!'

[caption id="attachment_1713552" align="alignnone" width="523"]