Lifelines Corona-onderzoek: 1 op 10 jonge kinderen speelde niet met vriendjes tijdens sluiting basisscholen

Foto: CC0/Publiek Domein

Tijdens de sluiting van de basisscholen vanwege de coronacrisis heeft 1 op de 10 kinderen (11% ) niet met kinderen buiten het eigen gezin gespeeld. Daarnaast begreep 1 op de 3 ouders de lesstof van groep 8 vaak niet.

Dat blijkt uit het Lifelines Corona-onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen en het UMCG.

Veel bezorgdheid

Het onderzoek richtte zich op hoe ruim 2.000 gezinnen met kinderen in de basisschoolleeftijd de periode van thuisonderwijs zijn doorgekomen.

Bij kinderen die niet meer bij andere kinderen spelen, is de gezondheid vergelijkbaar met die van andere kinderen. Wel heeft een deel van hun ouders een kwetsbare gezondheid.

Toch was ook de groep ouders met een goede gezondheid bezorgder dat zijzelf of hun kinderen ziek worden: 16 procent van deze ouders was strenger voor zichzelf dan de geldende overheidsmaatregelen voorschrijven, in vergelijking met 3 procent van de andere ouders.

Initiatiefnemer van het onderzoek prof. dr. Lude Franke (UMCG) licht toe: “We zien in de cijfers en in de Corona Barometer dat Noord-Nederlanders gedurende de pandemie wisselend reageren op de ontwikkelingen en maatregelen. Sommigen nemen de maatregelen langzamerhand minder serieus, maar wij zien ook een groep mensen die juist strenger is geworden voor zichzelf en anderen, met de consequentie dat ouders besluiten dat hun kinderen niet meer met andere kinderen mogen spelen.”

Lesstof basisschool

De meeste ouders begrepen de lesstof van hun kinderen op de basisschool goed. Groep 8 is echter een uitzondering: 20 procent van de ouders met een HBO- of universitaire opleiding begreep de lesstof vaak niet. Van de ouders met een MBO-opleiding was dit 39 procent.

Mannen gaven vaker aan de lesstof van groep 7 en 8 goed te begrijpen, terwijl vrouwen juist de lesstof van kinderen in groep 1, 2 en 3 beter begrepen en konden uitleggen.

Verschillen tussen mannen en vrouwen

Er zijn ook andere duidelijke verschillen tussen mannen en vrouwen: mannen raakten minder gefrustreerd door het thuisonderwijs, terwijl vrouwen er veel vaker een goede ervaring mee hadden. Ook konden zij beter schakelen tussen de rol van leerkracht en de rol van ouder, en konden zij als leerkracht beter omgaan met kinderen in verschillende groepen.

Ook de grootte van het gezin speelt een rol. Van de ouders met één kind gaf 9 procent aan vaak gefrustreerd te zijn door het thuisonderwijs, bij ouders met drie of meer kinderen is dit slechts 2 procent.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen