De geschiedenis van ons onbewuste brein

Foto: LS Fotografie

Een paar weken geleden schreef ik twee columns over keuzes maken. De ene ging over het hebben van minder keuzestress en de ander over de manieren waarop we onze keuzes maken. Ik ben dit onderwerp nog steeds aan het onderzoeken, dus ik ga je hier nogmaals in meenemen.

95% van onze keuzes maken we onbewust, dit doen wij op basis van gevoel en ervaringen. Dit zijn onder andere de keuzes die je maakt als je zonder boodschappenlijstje met trek door de supermarkt loopt en zelfs je partnerkeuze. We denken dat we rationele keuzes maken en er heel bewust bij stil staan. Vaak hebben we onbewust allang een keuze gemaakt. Ons onbewuste brein stuurt zonder dat je het door hebt een seintje naar het bewuste brein om de keuze door te geven. Ons onbewuste brein heeft dus vrijwel alle touwtjes in handen.

Ik ben nog steeds op zoek hoe ons brein werkt ten aanzien van het maken van keuzes en vooral hoe het met de andere 5% zit. Ik kan er niet onderuit, ik moet toch echt de saaie, droge, slaapverwekkende theorie induiken. Ik ga mijn best doen om het in Jip & Janneke taal aan je over te brengen:

De meeste breinactiviteit vindt onbewust plaats. Jouw brein doet veel meer dan jij weet. Ons brein reageert op dingen die staan te gebeuren. Je brein doet continu voorspellingen. Je brein maakt een voorstelling zoals die zou kunnen zijn. Dit leidt tot het inzicht dat we niet op de werkelijkheid zelf reageren, maar op de voorstelling ervan in ons brein. En de voorstelling die jouw brein maakt, is heel anders dan mijn voorstelling.

Sigmund Freud ontdekte dat die onbewuste activiteit niet alleen bestond uit lichamelijke processen, maar ook uit onbewuste gedachten, emoties en motieven. Volgens hem wordt er in ieder van ons een strijd geleverd tussen het onbewuste brein en het bewustzijn. Latere onderzoeken toonden daadwerkelijk aan dat ons bewustzijn slechts toegang heeft tot een beperkt deel van het brein. Onze irrationele/onbewuste gedachten zijn heel krachtig, maar in het mensenbrein zit een vermogen tot beheersing. Toch worden veel van onze gedachten, gevoelens en handelingen aangestuurd door irrationele gedachten: de instincten en impulsen. Het voorste deel van het brein kan de impulsen van het onbewuste brein afremmen en iets afzwakken, door impulsief gedrag te vervangen door doelgericht gedrag.

Freud en ook zijn voorganger Darwin stelden dat ons onbewuste brein wordt gemotiveerd door overlevingsdrang. Hoe het onbewuste brein werkt, en vooral hoe het zich ontwikkelt, is later bestudeerd door psychologen. Wanneer gebeurtenissen gelijktijdig optreden, denkt je brein dat er sprake is van samenhang. Je onbewuste brein kan hierdoor makkelijk ervaringen aan elkaar koppelen. Als je ooit bent gebeten of achterna gezeten door een herdershond, maakt je brein daarna de koppeling: herdershond is eng.

Psycholoog Skinner ontdekte dat het onbewuste brein zich sterk laat leiden door beloningen. Als gedrag positieve gevolgen heeft, dan neemt de kans toe dat het gedrag wordt herhaald. Als je na het drinken van een wijntje minder spanning voelt, leidt die beloning ertoe dat je dit vaker gaat doen. Het beloningssysteem speelt onbewust een belangrijke rol bij het aanleren van gewoontes. Veel dingen doen we niet omdat we het willen, maar omdat ze tot snelle beloningen leiden. We zijn eerder geneigd om dingen te doen die goed voelen, dan dingen die goed zijn.

Ons brein leert te zoeken naar verbanden en daar op korte termijn zijn voordeel uit te halen. Ons brein denkt: dit voelt slecht, dus is het slecht en moet ik het vermijden en denkt ook: dit helpt, dus moet ik het vaker doen. En ook omgekeerd: dit voelt goed, dus is het goed en dit werkt niet, dus stop ik ermee. Het onbewuste brein wil steeds meer van de omgeving in kaart brengen.

Als je weet hoe je brein redeneert, dan begrijp je beter waarom je reageert zoals je reageert. Kahneman en Tversky deden vele onderzoeken om te achterhalen hoe breinen denken: In je brein vinden twee denkprocessen gelijktijdig plaats: het snelle en globale denken en het tragere, rationele denken dat iets gedetailleerder is. In het onderste deel van het brein gaat het vooral om snelheid en in het voorste deel om de juistheid. De snelle denkprocessen zouden daarbij overheersen. Beslissingen die je neemt, zijn vooral gebaseerd op irrationele motieven. Uit onderzoek met behulp van filmpjes die zicht geven op activiteit in het brein, blijkt dat beslissingen vaak al door het lagere brein genomen zijn, voordat het rationele brein er weet van heeft. Het hoeft er alleen nog maar zijn goedkeuring aan te geven. De gedachte dat een sollicitant met een bril intelligent is, zal de aandacht sterk richten op ervaringen die dit idee bevestigen. Je gaat gerichte vragen stellen om je eigen mening te bevestigen. Onze gedachten over de werkelijkheid hebben invloed op onze waarneming.

Ik heb mijn best gedaan om er Jip & Janneke taal van te maken. Ik heb vandaag veel geleerd door te lezen over de geschiedenis van onderzoeken naar het brein, maar ik ben nog niet tevreden met het antwoord. Er gaat vast binnenkort nog een column over dit onderwerp volgen.

Esther de Boer.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen